Daar staan ze, twee papa’s bij de glijbaan. De een met dikke spierballen en een strak shirt, de ander een beetje het uiterlijk van een watje en net iets te dik. Bovenaan het houten speelkasteel staan hun kinderen een beetje twijfelend te wachten. Beiden ongeveer even oud. De papa’s kijken vol spanning of hun kroost wel uit zichzelf naar beneden gaat komen.
Haviksogen
Zelf kijk ik van een afstandje toe. Kyran is naar hetzelfde speeltoestel gegaan klimt naar boven. Zenuwachtig ben ik wel een beetje, maar Chantal stelt me gerust. Zij is vaker met de jongens naar speeltuinen en weet iets beter wat het mannetje al kan. Omdat ik geen vader wil zijn die zijn kinderen geen risico laat nemen, blijf ik half rustig zitten. Mijn ogen blijven wakend observeren. Tussen het hout door zie ik hem steeds hoger gaan. Liam klimt mee en kijkt of het goed gaat. Hij is eventjes onze ogen van dichterbij en zal ons meteen roepen als het klimmen toch niet zo goed lukt.
Spierbundel papa
De spierbundel staat naast de glijbaan. Zijn zoontje zit op het randje van glijden, maar houdt zich stevig vast. Er lijkt geen beweging in te zitten. Achter hem blijft het rijtje kinderen groeien, allemaal wachtend tot het jochie beneden is. De blik in de ogen van de vader verandert langzaam van “dit flikt mijn zoontje wel even” naar “waarom gaat dat kind nou niet?” en uiteindelijk in “wees nou niet zo’n watje”. Zijn rustig aanmoedigende bewegingen worden steeds wilder en dwingender. Hij verandert van een papa in een drill instructor: “Kom op, naar beneden jij. Iedereen wacht op je!” Nee, echt subtiel wordt het niet meer. Van onderaan de glijbaan is zijn positie veranderd naar naast de baan. Zijn handen hangen voor zijn zoontje en het lijkt alsof hij hem van de baan af wil tillen. Zijn grote handen pakken het armpje van het jochie vast en zorgen ervoor dat er beweging in komt. Het ventje glijdt….eindelijk. Samen lopen ze er vandoor, op zoek naar de volgende uitdaging.
Watjes papa
Het zoontje van watjes papa stond als volgende in de rij. Het staat er een beetje zenuwachtig bij. Het kereltje gaat zitten en lijkt net als zijn voorganger niet naar beneden te durven glijden. In de verte zie ik de spierbundel nog kijken en ik vermoed dat hij denkt: “Gelukkig is mijn zoontje niet de enige”. Ik hoor een rustige aanmoediging terwijl de man naast zijn mannetje staat. Hij vertelt hem dat hij beneden zal staan om hem op te vangen. Kalm pratend stelt hij het ventje gerust. Nog voordat watjes papa onderaan de glijbaan is, gaat zijn zoontje naar beneden. Hij voelde zich veilig en wist dat hij opgevangen zou worden. Om naar beneden te gaan had hij slechts een kleine aanmoediging nodig gehad.
Dan die van mij
Op het moment dat ik ideeën krijg voor een blog over spierbundel en watje, pak ik mijn telefoon en begin de eerste alinea te tikken. Ondertussen wordt het rijtje kinderen steeds kleiner en staat Kyran ineens vooraan. Chantal loopt alvast die kant op, maar voordat ze de kans krijgt om in de buurt te komen, draait Kyran zich om en gaat achterstevoren op zijn buik naar beneden. Zonder na te denken maakt hij zijn glij. Onderaan staat hij op, veegt zijn handen af en maakt zich klaar voor nog een rondje. Een rondje waarvoor ik ng even blijf zitten, want ik heb gezien dat hij het kan.
Ik vind dat loslaten soms heel moeilijk, vooral omdat de jongste soms motorisch een beetje lomp kan zijn met dit soort dingen.
Ik snap je helemaal. Ik ben wat dat betreft ook een stuk voorzichtiger dan Chantal