De hele familie aan tafel etend van wat we samen hebben klaargemaakt. De een het voorgerecht, de ander het hoofdgerecht en weer een ander kocht een ijstaart in de supermarkt. Kerst is voor mij twee dagen samen met familie zijn. Oké, meteen de titel maar even nuanceren, voor mij is het geen kerkelijk feest meer.
Als kleine jongen luisterde ik ademloos naar het verhaal van de geboorte van Jezus. Ik zong alle liedjes mee en probeerde dat zo mooi mogelijk te doen. Elke advent ging ik naar de kerk en op Kerstavond zat ik lang te luisteren en bad ik de gebeden mee.
Toen ik wat ouder werd veranderde dat. Ik zong nog steeds mee, luisterde naar de verhalen maar bad niet alles meer mee. De voorbedes of de stukjes tekst die ik in de kerk voorlas deed ik meer als een sociale ‘verplichting’. Het zo netjes mogelijk voordragen vond ik leuk, maar dat het kerkteksten waren deed me niet zoveel. Ik werd ervoor gevraagd, dus deed ik het.
Sinds ik het huis uit ben ga ik niet echt meer naar de kerk. Zelfs de laatste carnavalsmissen heb ik overgeslagen. Nee, ik ben niet afkerig geworden van het geloof. Ik sta gewoon niet achter een heleboel teksten die in de dienst gebruikt worden. “Heer ik ben niet waardig dat Gij tot mij komt…” Hoezo ben ik niet waardig? Wat maakt mij niet waardig? Wat maakt mij dat ik moet smeken om Zijn aandacht? Ik ben ik, ik ben net als ieder ander een mens en ik ben niets minder dan een ander. De schuldbelijdenis die telkens gebruikt werd laat je denken dat je een slecht mens bent, die heb ik dus ook al heel lang niet meer mee gebeden. Zo zijn er nog tal van zaken in een kerkdienst waar ik niet achter kan staan. Als familielid van kloosterlingen heb ik van redelijk dichtbij kunnen meemaken hoe het er daar aan toe gaat. Laat ik zo zeggen dat er niks Christelijke aan is en dat de gelofte van armoe een farce is.
Hoe mooi een Kerstmis ook kan zijn, hoe mooi de liedjes en samenzang ook kunnen zijn, het voelt voor mij hypocriet om te gaan als ik er niet helemaal achter kan staan. Tijdens mijn laatste kerkdienst, een begrafenis kortgeleden, ben ik wat meer achterin gaan zitten en heb ik de communie niet meer meegedaan. Ik heb de dienst deels meegedaan, was met mijn gedachte bij de overledene en ik bewonderde het uiterlijk van deze kerk waar ik nog nooit geweest was.
Af en toe komen Chantal en ik nog wel eens in een kerk, meer toeristisch. De pracht van het bouwwerk en de beelden bekijken. Dat interesseert me. We steken dan ook wel eens een kaarsje aan voor een overledene of iemand die het moeilijk heeft. Maar weet je, dan ben ik niet met het geloof bezig. Ik bid niet tot God of Jezus, Maria of wie dan ook. Op dat moment denk ik aan degene voor wie het is. De omgeving creëert de rust op dat moment die ik ervoor kan gebruiken, maar het is niet het geloof zelf. Als Liam en Kyran de verhalen willen horen is dat prima, daar zal ik ze niet in tegenhouden. Ik heb de verhalen altijd mooi gevonden en ook nu kan ik de verhalen waarderen. Nu kijk ik er wel wat sceptischer tegenaan en neem ik ze niet als volledige waarheid aan. Op school heeft Liam het geboorteverhaal gehoord en op die manier maakt hij er al kennis mee. Wilt hij ze van mij horen, dan heb ik vast nog een kinderbijbel op zolder liggen en lees ik ze voor. Toch zal hij van mij altijd leren dat een goed mens zijn niet komt door een geloof.
Ik geloof in het zijn van een goed mens en voor mij is dat geloofsonafhankelijk. Daar heb ik geen kerk voor nodig, maar mensen om wie ik geef en die om mij geven. Familie en vrienden. Kerst is voor mij een moment om dat gevoel te vieren, even te versterken. Kerst is samen zijn.
Je hebt gelijk over ‘ ik ben niet waardig’ dat stuit mij ook tegen de borst. Als mensen behoefte hebben aan een kerk, prima. Maar bidden of mediteren kan overal. Maar ik begrijp Maarten wel.